Skip to main content

Ontdek

ONZE BEREIDINGSGEHEIMEN

De wijnstok groeit op een ondergrond van krijt waarin de wortels van de wijnstok verdwijnen. Er worden drie druivensoorten gebruikt om champagne te maken: de pinot noir en de pinot meunier, dat zijn zwarte druiven met wit sap en de chardonnay, een witte druif.

In juni bloeit de wijnstok en worden de zaden gevormd. De druiven worden geoogst eind september en meteen binnen enkele uren na het oogsten geperst. Vierduizend kilo druiven geven 2.550 liter druivensap of most die gedurende twaalf uur bezinkt, dit is de eerste gisting die het druivensap in wijn zal transformeren. Dit proces duurt verscheidene weken. De wijnen worden vervolgens geklaard door opeenvolgende aftappingen tijdens de winter en geproefd. In het voorjaar worden de productie van de champagnewijnen gestart: de voorbereiding van de cuvée.

Wanneer de cuvée is gemaakt worden gistcellen en een kleine hoeveelheid suiker toegevoegd voor de tweede gisting. De wijn wordt gebotteld, gekurkt en vervolgens te rusten gelegd op latten in de kelders die zijn uitgegraven in het krijt. De omzetting van suiker in alcohol en koolzuur garandeert de vorming van bubbels (prise de mousse). Het gas wordt opgesloten en zal fijne bubbels produceren.

In juni bloeit de wijnstok en worden de zaden gevormd. De druiven worden geoogst eind september en meteen binnen enkele uren na het oogsten geperst. Vierduizend kilo druiven geven 2.550 liter druivensap of most die gedurende twaalf uur bezinkt, dit is de eerste gisting die het druivensap in wijn zal transformeren. Dit proces duurt verscheidene weken. De wijnen worden vervolgens geklaard door opeenvolgende aftappingen tijdens de winter en geproefd. In het voorjaar worden de productie van de champagnewijnen gestart: de voorbereiding van de cuvée.

Wanneer de cuvée is gemaakt worden gistcellen en een kleine hoeveelheid suiker toegevoegd voor de tweede gisting. De wijn wordt gebotteld, gekurkt en vervolgens te rusten gelegd op latten in de kelders die zijn uitgegraven in het krijt. De omzetting van suiker in alcohol en koolzuur garandeert de vorming van bubbels (prise de mousse). Het gas wordt opgesloten en zal fijne bubbels produceren.

In juni bloeit de wijnstok en worden de zaden gevormd. De druiven worden geoogst eind september en meteen binnen enkele uren na het oogsten geperst. Vierduizend kilo druiven geven 2.550 liter druivensap of most die gedurende twaalf uur bezinkt, dit is de eerste gisting die het druivensap in wijn zal transformeren. Dit proces duurt verscheidene weken. De wijnen worden vervolgens geklaard door opeenvolgende aftappingen tijdens de winter en geproefd. In het voorjaar worden de productie van de champagnewijnen gestart: de voorbereiding van de cuvée.

Wanneer de cuvée is gemaakt worden gistcellen en een kleine hoeveelheid suiker toegevoegd voor de tweede gisting. De wijn wordt gebotteld, gekurkt en vervolgens te rusten gelegd op latten in de kelders die zijn uitgegraven in het krijt. De omzetting van suiker in alcohol en koolzuur garandeert de vorming van bubbels (prise de mousse). Het gas wordt opgesloten en zal fijne bubbels produceren.

De rijping vindt plaats in de kelder gedurende gemiddeld 5 tot 6 jaar. De tweede gisting creëert een bezinksel die kleeft aan de zijkant van de flessen. Dit moet nog worden verwijderd. Hiervoor worden de flessen geplaatst op houten rekken, met de hals schuin naar beneden gericht. Tijdens de remuage wordt elke fles met de hand gedraaid gedurende meerdere weken. Het bezinksel komt los en verzamelt zich in de hals; terwijl wordt de fles geleidelijk verticaal in het houten rek gebracht. Wanneer het bezinksel zich heeft verzameld achter de dop moet ze enkel nog worden verwijderd: dit heet de ontgisting (dégorgement). Het bezinksel wordt gevangen door een klein stukje ijs en verwijderd door de druk wanneer de dop wordt verwijderd.

De rijping vindt plaats in de kelder gedurende gemiddeld 5 tot 6 jaar. De tweede gisting creëert een bezinksel die kleeft aan de zijkant van de flessen. Dit moet nog worden verwijderd. Hiervoor worden de flessen geplaatst op houten rekken, met de hals schuin naar beneden gericht. Tijdens de remuage wordt elke fles met de hand gedraaid gedurende meerdere weken. Het bezinksel komt los en verzamelt zich in de hals; terwijl wordt de fles geleidelijk verticaal in het houten rek gebracht. Wanneer het bezinksel zich heeft verzameld achter de dop moet ze enkel nog worden verwijderd: dit heet de ontgisting (dégorgement). Het bezinksel wordt gevangen door een klein stukje ijs en verwijderd door de druk wanneer de dop wordt verwijderd.

Zo wordt de wijn perfect helder. Het vacuüm dat wordt achtergelaten door de ontgisting wordt opgevuld door de liquer de dosage, een mengsel van rietsuiker en oude wijn. De fles wordt vervolgens afgesloten met een kurk en draadkorf. Nu rest alleen nog het aanbrengen van het etiket voor de levering.

Zo wordt de wijn perfect helder. Het vacuüm dat wordt achtergelaten door de ontgisting wordt opgevuld door de liquer de dosage, een mengsel van rietsuiker en oude wijn. De fles wordt vervolgens afgesloten met een kurk en draadkorf. Nu rest alleen nog het aanbrengen van het etiket voor de levering.

Shopping Cart